De zon schijnt alle dagen tijdens de zomer.  

De zon schijnt in mijn hart als ik je een zoen geef.  

De zon schijnt als ik de glimlach van mijn zoon zie.  

De zon schijnt met het licht in mijn hart.  

De zon schijnt als ik je gezicht zie.  

De zon schijnt, de bloem opent.  

De zon schijnt als liefde.  

De zon schijnt, de nieuwe dag komt.  

De zon schijnt en de baby weent.  

De zon schijnt in mijn ogen.  

De zon schijnt en de sneeuw smelt.  

De zon schijnt met plezier.  

De zon schijnt alhamdullilah. 

–Karima, Karima, Fatiha, Faouzia, Ingrid, Laila, Rabia, Safae, Samira, Saïda—  

2019, gevangenis van Sint-Gillis