Tijdens onze werkgroep cultuur op 2 maart 2020 moesten we er nog om lachen. Ik was zelf net terug van een weekje uitwaaien in de Italiaanse bergen en corona was nog niet alomtegenwoordig in het nieuws. Niet direct onze zorg. ‘Blijf maar uit mijn buurt,’ grapten een paar collega’s. ‘Je hebt dat virus toch niet meegebracht?’

Samen aan één grote tafel werkten we enthousiast aan de planning van het voorjaar. De voorbereidingen van ons literair project Trots waren afgerond en we keken, samen met onze freelance-woordkunstenaars, uit naar de eerste workshops binnen de gevangenis. Ook tal van andere activiteiten stonden geprogrammeerd: schrijfgroepen i.s.m. Amnesty International, het filmfestival Buiten Beeld i.s.m. MOOOV, een uitwisselingsmoment op de site van Verbeke Foundation voor de begeleiders van de beeldende ateliers,… Jawel, we waren helemaal klaar om erin te vliegen!

Groepsactiviteiten on hold

Het coronavirus heb ik niet meegebracht. Hoewel… had ik niet wat last van keelpijn en een heel klein hoestje? Maar echt ongerust was ik niet, en dat het virus zo’n mokerslag zou toedienen, had nog niemand van ons door. Maar toen volgden de veiligheidsmaatregelen elkaar plots in ijltempo op: enkel essentiële verplaatsingen, telewerk als norm, een samenscholingsverbod.… de ernst van de situatie begon door te dringen. Alle sportactiviteiten in (grote) groep en culturele activiteiten werden verboden. Ook de gevangenissen gingen in lockdown om bewegingen tussen de gevangenis en de buitenwereld  tot een minimum te beperken. Voor we het goed en wel beseften, viel onze werking grotendeels stil.

We annuleerden onze groepsactiviteiten sport en cultuur en veel van onze samenwerkingspartners schortten noodgedwongen hun activiteiten op. In de mate van het mogelijke probeerden we ons aan de situatie aan te passen. Onze beslissing om niet of minimaal naar de gevangenis te trekken, voelde voor mij en veel van onze collega’s heel dubbel. We beperkten zo wel mee de kans dat de epidemie ook binnen de gevangenismuren zou losbarsten (tot op heden is dit zeer goed gelukt…oef!) maar daardoor konden we ter plekke weinig betekenen voor de gedetineerden. En was dat nu net niet de essentie van onze job?

Alternatief aanbod

Toch was het heel opvallend te zien hoe alle collega’s snel naar een ‘lockdown-modus’ overschakelden om  vanuit De Rode Antraciet een dienstverlening op te zetten. Het voelde een beetje als een overlevingsstrategie, iedereen wilde bewijzen toch nog iets te kunnen betekenen voor de gedetineerden. Onlinemeetings werden geïntroduceerd en de frequentie schoot meteen de hoogte in. We dachten samen na hoe we de gedetineerden op een andere manier konden bereiken dan via ons regulier groepsaanbod sport en cultuur. Een ware tsunami van videogesprekken vol ideeën, frustraties voorstellen, bezorgdheden….Het was even zoeken naar de goede flow maar uiteindelijk slaagden we erin om vanuit ‘ons kot’  een alternatief aanbod op te zetten voor de gedetineerden.

Het ruime online aanbod van ontspanning, sportlessen en culturele voorstellingen was helaas geen optie. Gedetineerden hebben immers geen of slechts beperkte toegang tot internet. We werkten daarom – vaak in samenwerking met partners – heel wat materiaal uit waar de gedetineerden op cel mee aan de slag konden: ontspanningsbundels, sportchallenges,  briefpakketten, tekenmateriaal en – wedstrijd, relaxatieoefeningen, ons boek en dvd ‘Fitness tussen de muren’,…. We maakten ook gebruik van de beschikbare videokanalen in een aantal gevangenissen om via het beeldscherm op cel instructiefilmpjes, sportoefeningen, films of gitaarlessen aan te bieden.

Applaus voor gevangenispersoneel!

Gelukkig konden we binnen de gevangenissen rekenen op de directie, het personeel en de verschillende fatikken om ons aanbod tot bij de gedetineerden te brengen. Dankzij hen bleef de gevangenis op diverse vlakken operationeel. Net als andere essentiële beroepsgroepen tijdens deze crisis verdienen zij een applaus. Ook de gevangenisbibliotheek bleef in een aantal gevangenissen actief om  materiaal te verdelen en boeken te ontlenen.

De gedetineerden zelf brengen veel begrip op voor deze uitzonderlijke situatie. Een vrijheidsberoving is sowieso al zwaar om dragen, maar door de algemene lockdown werd hun vertrouwde quarantaine nog scherper gesteld. Geen bezoek meer van familie, beperkte hulp- en dienstverlening, weinig tot geen activiteiten… Ondanks deze maatregelen maken ze er het beste van. Gedetineerden toonden doorheen de crisis dat ze ook bezorgde en geëngageerde burgers zijn, niet louter ‘criminelen’. Ze zetten zich volop in om mee te helpen bij de productie van mondmaskers, hangen mee spandoeken om het zorgpersoneel en gevangenispersoneel van de gevangenis te bedanken. Respect voor hen!

Op zoek naar een nieuw normaal

Intussen zijn we met de ganse samenleving begonnen aan een gefaseerde heropstartfase. Is het nu fase 2a, 2b of toch al fase 3? Feit is dat we stilaan onze vrijheid terugkrijgen. Voor veel gedetineerden is het sowieso nog wachten op hun vrijheid maar gelukkig staat er een versoepeling van een aantal extra opgelegde maatregelen in de steigers of is ze reeds van toepassing: (beperkt) bezoek van familie, fysieke individuele gesprekken met hulpverleners, geleidelijke opstart groepsaanbod… Alles gebeurt wel binnen een strikt kader om gezondheidsrisico’s te beperken. Onze collega’s gaan de komende periode geleidelijk aan terug naar de gevangenis om de mogelijkheden op vlak van sport en cultuur te verkennen, te ondersteunen en mee uit te werken.

Deze crisis zal onze organisatie ongetwijfeld veel bijleren… een uitgebreide analyse staat later gepland. Terug naar het reguliere aanbod zal nog niet voor direct zijn en hoeft misschien niet identiek te zijn. Corona dwingt ons om kritisch na te denken over onze werking in de nabije en verre toekomst.

Ik kijk er alvast heel erg naar uit om samen met de collega’s ergens te velde – Heusden-Zolder voor mijn part – een glas te drinken en te brainstormen over kansen in deze nieuwe realiteit.

 

Bjorn Callens – coördinator cultuur

14 mei 2020